Het weer in Innsbruck

Het weer wordt in Innsbruck mede bepaald door de Alpen die voor allerlei verschillende factoren zorgen die het weer hier kunnen beïnvloeden. Want hoewel de hoogte van Innsbruck zelf zeker meevalt (ongeveer 575 meter boven de zeespiegel), is de invloed van de bergen enorm. Zo zorgen ze in de winter regelmatig voor föhnwinden die de temperatuur zomaar ineens flink op kunnen stuwen en in de zomermaanden zorgen de bergen ervoor dat bewolking langer blijft hangen waardoor het meer regent. Kenmerkend voor het weer in Innsbruck is dan ook dat de zomermaanden aanzienlijk natter zijn dan de winter. Wie Innsbruck in de zomer bezoekt die moet daar wel rekening mee houden.

Als je naar het klimaat van Innsbruck kijkt dan zul je zien dat de stad eigenlijk een twijfelgeval is. Op basis van de langjarige klimaatstatistieken ligt Innsbruck op de grens van een gematigd zeeklimaat en een gematigd landklimaat. Dit is een typisch geval van een plek die eigenlijk een beetje een vreemde eend in de bijt is als je naar het klimaatsysteem van Köppen-Geiger kijkt. Puur op basis van de statistieken ben je geneigd te zeggen dat er sprake is van een gematigd zeeklimaat. Sterker nog: de gemiddelde temperaturen wijken niet zoveel af van Nederland. Toch is het weerbeeld hier wel degelijk anders. Het weer in Innsbruck heeft de grilligheid die past bij de continentale klimaattypes. Zo kan een föhnwind de temperatuur in de winter ineens tot boven de 15 graden laten stijgen terwijl het ’s nachts nog redelijk gevroren heeft. Ook zie je dat warme dagen in de zomer veel gemakkelijker afgestraft worden door een regen- of onweersbui.

Wat je als bezoeker aan Innsbruck regelmatig zult ervaren is hoe onvoorspelbaar het weer is. De ligging in een langgerekt dal met aan weerszijden bergen zorgt ervoor dat buien en zonneschijn lastig te voorspellen zijn. Zelfs hebben we het regelmatig meegemaakt dat alle weerapps en weersites regen voorspelden tijdens een dag dat we Innsbruck bezochten en dat je gedurende de dag het moment dat het zou moeten gaan regenen steeds verder op zag schuiven. Uiteindelijk bleef de dag droog en hebben we de zon vrij veel zien schijnen, vooral in de middag die vooraf als nat voorspeld werd. Als je Innsbruck gaat bezoeken, in welk seizoen dan ook, moet je rekening houden met deze onvoorspelbaarheid van het weer. Kleed je in laagjes en zorg ervoor dat je schoeisel zowel op zonnig weer als op regen voorbereid is.

De zomermaanden zijn aangenaam in Innsbruck. De temperatuur ligt dan overdag rond een aangename 22 tot 24 graden, hoewel hier zeer slechts sprake is van een gemiddelde waarbij de werkelijke temperatuur flink af kan wijken. Sta er niet van te kijken als het de ene dag slechts 15 graden is en dat twee dagen later het volop zomers is met temperaturen die ruim boven de 25 graden Celsius uitkomen. Hoewel een regenbui altijd op de loer ligt wordt het weer in Innsbruck zeker als prettig ervaren in de maanden juli en augustus. Dankzij de regen die er dan regelmatig valt blijft de omgeving mooi groen maar krijgt ook smog amper de kans om vat te krijgen op de stad. Dat is vooral voor mensen die vanwege de frisse lucht naar Oostenrijk komen een goede bijkomstigheid.

De wintermaanden zijn gemiddeld enkele graden koeler dan wat we in Nederland in de winter ervaren. Een duidelijk verschil is dat echt zachte winters zoals we die bij ons regelmatig meemaken minder vaak voorkomen in Innsbruck. De ligging binnen de Alpen zorgt ervoor dat de temperatuur wat gemakkelijker daalt. Nachtvorst wordt vaak gemeten in de maanden december tot en met februari, maar ook in oktober, november, maart en zelfs april kan het kwik zo af en toe eens onder het vriespunt dalen. Overdag ligt de maximumtemperatuur vaak rond of net iets boven het vriespunt. Het aantal uren met zonnig weer is dan ook aanzienlijk lager dan in de zomer. Somber weer met regelmatig sneeuwval is dan ook vrij gebruikelijk in december, januari en februari. Zelfs in april kan er nog sneeuw vallen.

De overgang van winter naar zomer en omgedraaid geschiedt via wisselvallige en wispelturige tussenseizoenen waarvan je nooit vooraf goed kunt zeggen wanneer ze beginnen en wanneer ze eindigen. Innsbruck kent vier seizoenen die niet duidelijk afgebakend zijn. Soms merk je dat de eerste aangename lente-dagen zich al vrij vroeg in maart laten zien, soms moet je wachten tot in april. Voor Innsbruck mag je de periode half maart tot half juni als voorjaar beschouwen en de periode september tot en met november als najaar beschouwen. Juni kan uitermate zomers verlopen, waardoor er sprake is van een korter voorseizoen. Beide tussenseizoenen zijn wispelturig, maar statistisch gezien ook niet te nat. Hierdoor zijn bijvoorbeeld de maanden mei, juni, september en oktober ideaal voor mensen die in de buurt willen gaan wandelen.

Op een jaar valt er gemiddeld 850 tot 1000 millimeter neerslag in Innsbruck. Dit zijn echt langjarige gemiddeldes waar sommige jaren weleens flink van af willen wijken. Als er sprake is van een uitermate droog jaar dan betekent dit voor Innsbruck nog altijd wel dat er minstens zo’n zevenhonderd millimeter aan neerslag valt. Tijdens uitzonderlijk natte jaren kan deze hoeveelheid oplopen tot meer dan twaalfhonderd millimeter aan neerslag. De wintermaanden zijn de droogste maanden en de zomermaanden zijn de natste maanden van het jaar. In de winter valt een redelijk deel van neerslag in de vorm van sneeuw in plaats van regen. IJzel en hagel kunnen ook voorkomen. Per jaar sneeuwt het gemiddeld 50 tot 75 dagen terwijl er gemiddeld 100 tot 140 dagen op jaarbasis tenminste 0,1 mm regen valt.